Verslag evenement
“One day, five cultures”
Dat de goede
beheersing van het Engels, Duits en Frans cruciaal is in Europese
handelsrelaties en voor het bijbenen van globalisering wisten we allemaal. Maar
dat we door het gebrek aan goede taalbeheersing zeer nadelige economische
gevolgen ondervinden, daar was nog niet iedereen zich grondig van bewust.
Import en export is voor Nederland van groot belang en blijkbaar lopen wij heel
wat handelsrelaties, en dus economische groei, mis als gevolg van
‘Babylonische’ spraakproblemen. Nederlanders beweren nota bene al gauw dat ze hun
vreemde talen redelijk goed beheersen. Maar het tegendeel blijkt waar te zijn
volgens onderzoek. Zo beweert maar liefst 90% van de Nederlanders goed
Engels te spreken en 40% goed Frans. De realiteit is helaas veel minder
rooskleurig! Maar als men denkt met een vrijwel foutloze taalbeheersing
zo handelscontracten in z’n zak te kunnen steken, die heeft het mis. De kennis van de
cultuur is weliswaar net zo belangrijk. Zo is het voor Franse zakenlieden, die
aan een rijkelijk culinaire traditie zijn gewend, ondenkbaar om een lunch van
‘bolletjes met kaas en ham’ in een kantine aangeboden te krijgen. Ook joviale
non-hiërarchische verhoudingen op de werkvloer zijn, zoals wij in Nederland volgens Amerikaans voorbeeld in het
algemeen zijn gewend, uit den boze in zowel Frankrijk en Duitsland (en dan
hebben we het nog niet eens over niet-Europese landen !). Als men zich daar
niet voldoende van bewust is, riskeert men niet alleen een contract voor zijn
neus voorbij te zien gaan, maar bovendien uitgemaakt te worden voor
‘boerenkinkel’.
Een tweede
misvatting is dat we met het Engels de hele wereld kunnen veroveren. Engels is
weliswaar de taal waar we eerste contacten mee kunnen leggen, maar als het gaat
om concrete contracten dan moeten we dat toch echt wel in de taal van onze
handelspartner regelen. Hierbij wil ik nog een kanttekening maken bij het
volgende feit : In Europa spreken beduidend meer mensen Frans als moedertaal
dan Engels. En op verreweg de eerste plaats staat Duits !
Het
middagprogramma bestond uit een sessie waar alle docenten van dezelfde taal bij
elkaar kwamen om in hún taal nader kennis te maken met de (bedrijfs)cultuur cq.
Nathalie
Crapanzano, 2006